De Duitse schrijfster Esther Kinsky is hier nauwelijks bekend, maar ze heeft een rijk oeuvre opgebouwd. Onlangs verscheen haar vierde roman Kreupelhout in Nederlandse vertaling, maar ze schreef ook dichtbundels, reisverhalen en kinderboeken. Daarnaast verdiende ze haar sporen als literair vertaalster. Schrijven is voor haar alle registers van taal opentrekken. Om dat even te illustreren: Kinsky vertaalde verschillende boeken van Nobelprijswinnares Olga Tokarczuk naar het Duits. Onlangs verklaarde ze daarmee te zijn opgehouden omdat ze de boeken van Tokarczuk niet goed genoeg geschreven vindt.
In 2014 verloor Kinsky haar man, de Britse vertaler Martin Chalmers, aan kanker. Die ervaring sijpelt door in Kreupelhout. In het boek reist een vrouw kort na de dood van haar geliefde M. door Italië. Onderweg probeert ze te wennen aan haar nieuwe status als 'nabestaande', een situatie waarin alles plots 'bepaald wordt door afwezigheid'. Dat valt niet mee. Op de eerste dag al …Lire la suite
De Duitse schrijfster Esther Kinsky is hier nauwelijks bekend, maar ze heeft een rijk oeuvre opgebouwd. Onlangs verscheen haar vierde roman Kreupelhout in Nederlandse vertaling, maar ze schreef ook dichtbundels, reisverhalen en kinderboeken. Daarnaast verdiende ze haar sporen als literair vertaalster. Schrijven is voor haar alle registers van taal opentrekken. Om dat even te illustreren: Kinsky vertaalde verschillende boeken van Nobelprijswinnares Olga Tokarczuk naar het Duits. Onlangs verklaarde ze daarmee te zijn opgehouden omdat ze de boeken van Tokarczuk niet goed genoeg geschreven vindt.
In 2014 verloor Kinsky haar man, de Britse vertaler Martin Chalmers, aan kanker. Die ervaring sijpelt door in Kreupelhout. In het boek reist een vrouw kort na de dood van haar geliefde M. door Italië. Onderweg probeert ze te wennen aan haar nieuwe status als 'nabestaande', een situatie waarin alles plots 'bepaald wordt door afwezigheid'. Dat valt niet mee. Op de eerste dag al wordt er ingebroken in haar auto. De dieven gaan aan de haal met een koffer vol kleren van M. Het is één van de vele nieuwe gewaarwordingen in haar leven: plots ga je ook rouwen om voorwerpen, omdat ze een stukje van de verleden tijd in leven hielden.
Ze reist in de winter, en Italië laat zich op z'n ongezelligst zien. In de buurt van Rome verdwaalt de vrouw in troosteloos niemandsland vol groothandels en neonreclames. In de Po-delta wandelt ze door weer en wind langs zoutpannen en ter ziele gegane industrie. Het boek is opgebouwd uit korte hoofdstukjes, waarin ze haar observaties tijdens het wandelen neerschrijft. Tijdens die omzwervingen ontmoet ze nauwelijks een levende ziel.
Eenzame reis
Is het wel een goed idee, zou je je kunnen afvragen bij het lezen, om in diepe rouw op je eentje te gaan reizen in desolaat gebied? Kinsky ziet het anders. In interviews naar aanleiding van dit boek verklaart ze idyllische landschappen maar niets te vinden. Ze heeft het meer voor braakland. Waar niets te zien is, verplaatst je aandacht zich naar de vorm van de bomen, het geritsel van de wind of het roepen van de vogels. En dat is precies de bedoeling van de eenzame reis die de vrouw in het boek onderneemt: intens observeren, de juiste woorden zoeken om te beschrijven en zo de onbekende omgeving doorgronden. Kinsky wil er een nieuw literair genre van maken en bedacht er zelfs een naam voor: de 'terreinroman'. Afgaande op Kreupelhout is dat een kruising tussen poëzie en reisverslag.
Wat valt er dan af te lezen in het landschap? Tijdens een rit door de Po-delta blijft de blik van de reizigster hangen bij akkerland. Ooit was het water de ruggengraat van de gemeenschap, tot Mussolini besliste om het gebied droog te leggen. Dat leidde het verval in van het landschap, maar ook van de mensen die er woonden. En zo kan in een onbenullige lap grond een hele geschiedenis verborgen zitten.
Super 8
Dat de vrouw in Kreupelhout een rouwperiode doormaakt, is niet waar Kinsky de aandacht op wil vestigen. Je komt weinig te weten over wat ze voelt. En toch komt dat rouwen voortdurend aan de oppervlakte. Ze bezoekt begraafplaatsen, wandelt langs de Romeinse grafmonumenten aan de Via Appia en is getroffen door de toewijding waarmee de Etrusken hun doden verzorgden. Zo wordt de reis ook een onderzoek naar de plaats die we in het leven geven aan de dood.
Italië is voor de vrouw bovendien onlosmakelijk verbonden met haar vader, die op een bloedhete zomerdag bezweek aan een hartaanval. Tijdens de reis sijpelen herinneringen binnen, als een reeks ouderwetse super 8-filmpjes van de jaarlijkse familievakanties door Italië. Daaruit komt de vader tevoorschijn als een angstige man die zich niet lekker voelde in het gezinsleven en Italië nodig had om boven zichzelf uit te stijgen. Ook dat houdt de schrijfster bezig op haar tocht: hoe ontstaan die herinneringen?
Het mag duidelijk zijn: Kreupelhout moet het niet hebben van een meeslepend verhaal. Dit is een boek voor nauwkeurige lezers, die zich graag onderdompelen in de natuur. Je kan de vertelster gewoon volgen op haar grillige tocht en genieten van de bijzondere observaties die ze daarbij doet, of je kan zitten wroeten in de betekenissen die daaronder verborgen liggen. De terreinroman is een avontuur dat veel te bieden heeft.
Pluim, vertaald door Josephine Rijnaarts, 287 blz., 22,99 € (e-boek 14,99 €). Oorspr. titel: 'Hain'.
Masquer le texte