De schrijfster Marie Kessels (1954) heeft een bijzondere relatie met de moeizame kanten van het bestaan. Alleen al in haar drie laatste romans beschrijft ze steeds mensen met een handicap, die ze van heel nabij, bijna in hun huid kruipend volgt. In 'Ruw' (2010) waarvoor ze de Bordewijkprijs ontving, ging het om een blind geworden vrouw in wie ze zich op wonderbaarlijke wijze wist te verplaatsen, in 'Het lichtatelier' (2012) verhoudt een vrouw zich tot een harde man met epileptische aanvallen, in 'Brullen' (2015) ontmoeten we Dana, die aan een lawaaineurose lijdt. Dezelfde Dana komen we tegen in Kessels' jongste roman 'Veldheer Banner', over een liefdesstel van wie de man Parkinson heeft.
Saul Banner, academicus, heeft reeds op z'n 49ste de gevreesde ziekte gekregen maar wie denkt dat het hem volledig uitgeschakeld heeft zit ernaast. Hij huurt rond zijn zestigste een appartement, om naast zijn gezin van (tweede) vrouw en vier kinderen, zijn minnares, de kunstenares Dana te ku…Lire la suite
De schrijfster Marie Kessels (1954) heeft een bijzondere relatie met de moeizame kanten van het bestaan. Alleen al in haar drie laatste romans beschrijft ze steeds mensen met een handicap, die ze van heel nabij, bijna in hun huid kruipend volgt. In 'Ruw' (2010) waarvoor ze de Bordewijkprijs ontving, ging het om een blind geworden vrouw in wie ze zich op wonderbaarlijke wijze wist te verplaatsen, in 'Het lichtatelier' (2012) verhoudt een vrouw zich tot een harde man met epileptische aanvallen, in 'Brullen' (2015) ontmoeten we Dana, die aan een lawaaineurose lijdt. Dezelfde Dana komen we tegen in Kessels' jongste roman 'Veldheer Banner', over een liefdesstel van wie de man Parkinson heeft.
Saul Banner, academicus, heeft reeds op z'n 49ste de gevreesde ziekte gekregen maar wie denkt dat het hem volledig uitgeschakeld heeft zit ernaast. Hij huurt rond zijn zestigste een appartement, om naast zijn gezin van (tweede) vrouw en vier kinderen, zijn minnares, de kunstenares Dana te kunnen ontvangen, een twintig jaar jongere vrouw met wie hij lief en leed van zijn ziekte deelt en die hem grenzeloos liefheeft en bewondert. Het is aan Marie Kessels met haar sensuele, empathische stijl een welbesteed motief: de schoonheid van het gebrek. De grillige, nu weer eens levenslustige dan weer doodzieke Saul, is een soort held voor Dana, het voorbeeld van de mens op z'n grootst: kwetsbaar en sterk tegelijk.
Saul zelf is een bewonderaar van Ronald Reagan, vanwege diens kunst het volk een rad voor ogen te draaien, iets wat hem zelf ook goed afgaat, want en voor wie, zoals ik, geen ervaring heeft met Parkinsonpatiënten, lijkt het soms bijna een begeerde, hoogst interessante ziekte. Zelfs de nare kantjes - fysieke terugval, psychoses waarin de man onbeheerst zijn omgeving uitfoetert en eindeloze onhandigheid - worden door Dana ondergaan als ware het een boeiende choreografie: "Ik keek graag naar hem als hij zo stond te koken, met die merkwaardige gratie van de parkinsonmens die de rijkdom en de grilligheid van onze vanzelfsprekende bewegingen heeft teruggebracht tot het kale schema, maar daar dan weer de chaos en de wildheid van zijn overtollige bewegingen aan heeft toegevoegd."
'Veldheer Banner' is een monument voor de Parkinsonpatiënt, al neem ik aan dat je die ook in soorten en maten hebt, voor diens psyche vooral, maar het is ook op sommige momenten een polemische roman waarin de strijdbijl wordt opgenomen tegen de neurologische cultuur van tegenwoordig; met name de BDS, de diepe hersenstimulatie, een methode om met elektroden in de hersenen de hersenactiviteit te beïnvloeden, krijgt ervan langs. Het bevalt de hoofdpersonen maar niks dat de psyche tegenwoordig door het brein is vervangen. Voor Saul en Dana is het een uitgemaakte zaak dat je de zieke niet met electroshocks moet behandelen: "ze zijn aan het uitsterven, vrees ik, de pioniers en avonturiers die heel wat in de waagschaal hebben gesteld om het grensgebied tussen de psychologie, de psychiatrie en de neurologie voor ons te verkennen. Iemand als Todes, of de Russische Aleksander Lurya, of Oliver Sacks, souvereine en kritische erfgenamen van Sigmund Freud: zullen zij in dit nieuwe millennium nog opvolgers krijgen? Wie zullen ons er anders voor behoeden om te verleren onze ziektegeschiedenissen op welke manier dan ook in te bedden in ons levensverhaal, zodat we er niet te snel de regie over verliezen?"
'Veldheer Banner' is een roman over een grote liefde tussen twee geestverwanten maar het is ook vooral het verhaal over een intens beleefde ziekte, met alle hoogte- en dieptepunten die daarbij horen, de onhandige maar doorleefde seks, het verlangen om de dag met een levodopa-pilletje te beginnen, de soms vernederende, dan weer hilarische scènes in het publiek die de gelieven toch weer dichter bij elkaar brengt.
De manier waarop Kessels haar personages beschrijft doet me denken aan de romans van Frida Vogels, met hun nietsontziende eerlijkheid en oprechtheid. Fictie is bij beiden een pleidooi om echte levensvragen aan de orde te stellen. Dat maakt ook dat 'Veldheer Banner' en alle andere romans van Kessels niet makkelijk weglezen. Je moet bereid zijn mee te gaan in al haar minutieuze, nu eens analytische dan weer synthetische beschouwingskunst. Maar wie dat doet wordt rijk beloond.
De Bezige Bij; 384 blz. € 21,99
oordeel
Stelt minutieus, analytisch, en eerlijk levensvragen aan de orde.
Masquer le texte